Eetbaar Park & Wildplukjam

19 september 2015

Stomverbaasd kijk ik naar het fijne loof onder me. ‘Worteltjes!’. En dat met de konijnenbunker onder het paviljoen.  Zijn die netten toch nog ergens goed voor. Netten gebruiken we liever niet, de vogels kunnen er makkelijk in verstrikt raken, en het is gewoon een hoop gedoe. Misschien is er genoeg te eten op de volkstuintjes 20 meter verderop?!
Geen idee.
Enfin. Dit is Eetbaar Park.

bijvoet, venkel, peer, koningskaars

Eetbaar Park (Zuiderpark) begon 5 jaar geleden op initiatief van Permacultuurcentrum Den Haag, Gezonde Gronden, Stroom en de gemeente Den Haag. Op het terrein van Natuur- en Milieueducatie werd een stuk van 800 m2 omgetoverd tot permacultuurtuin en werd een prachtig strobalen paviljoen gebouwd. Een plek om anders te leren nadenken over thema’s als voeding, energie, en zogenaamd afval. Bij alle activiteiten staan de ethische principes van de permacultuur centraal: zorg voor de aarde, zorg voor de mens, en eerlijk delen. Laat je inspireren, en kom een keer langs! Help een handje mee, of schrijf je in voor één van de cursussen en workshops. Kijk op de site van Eetbaar Park en Permacultuurcentrum Den Haag voor meer info.

Sinds april help ik mee als vrijwilliger. Ik probeer er elke vrijdag een paar uurtjes te zijn. In totaal zijn we met zo’n 8 man. Hoewel de bodem in al die jaren enorm is verbeterd, is het er nog steeds vrij vochtig. Dat zie je onder andere terug in de massale groei van wilgenroosje en leverkruid, planten die je ook vaak aan de slootkant ziet staan. Om het overtollige water af te voeren, en het grondwaterpeil te laten zakken, zijn van de ene hoek van het terrein naar de andere greppels gegraven die samenkomen in een vijver middenin zone 5, onze wilde zone. Binnen een ontwerp op basis van permacultuurprincipes houd je altijd tenminstens 5% van je oppervlakte vrij voor wildgroei. Dé plek waar de natuur gewoon zijn gang kan gaan, zonder ingrijpen. Klinkt aantrekkelijk, toch?!
Maar wild … is wild. En dus is het keihard werken. Het is een fabeltje dat je in een permacultuurtuin nauwelijks iets hoeft te doen, zeker niet die eerste jaren. Er wordt hier dan ook vrij fanatiek rondgezwaaid met Menno’s favoriete snoeischaar. Paden vrijmaken. Je wilt je bodem niet verstoren, geen planten uitrukken, en dus blijf je snoeien, mulchen, vaste eetbare planten poten, net zo lang tot je systeem zó sterk is, in balans, dat het met die wildgroei buiten die 5% wel meevalt.

rechts bij binnenkomst een ongerept stuk met vaste planten, je vindt er bramen, kruisbes, appel, peer, stoofpeer, zwarte bes, kardoen … te veel om op te noemen!

Eén hoek hebben we deze zomer ongerept gelaten, deels omdat er te veel ander werk lag en we straks in de winter meer overzicht hebben, maar stiekem ook omdat al die wildgroei zelfs voor de meest fanatieke ongewenste ‘wild’ plukkers te wild is om nog doorheen te ploeteren.
Goed. Permacultuur betekent delen. Van overvloed, van schaarste, met konijnen, vogels en mensen. Help je mee, dan pluk je mee. Maar op de één of andere manier lijkt het of je bij ons onbeperkt mag komen snacken zonder iets te laten hangen en zonder een handje te helpen. Eetbaar Park : Ja, eetbaar. Nee, niet vrijblijvend!

Morgen vlierbessen plukken, en wie weet nog wat bramen. Niet op het park, maar gewoon in het wild. De weckketel uit de kast en een middagje ouderwets pruttelen. Lekker op pad, met een aantal regels in m’n achterhoofd. Want ook als je wild plukt, écht wild, is dat wel zo netjes :
1. Pluk alleen op plekken waar dit mag! Respecteer de geldende regels.
2. Pluk alleen soorten die je kent, en die volop voorkomen in het gebied.
3. Breek geen takken af, vertrap geen bijzondere planten, en jaag geen dieren op …
4. Respecteer de natuur, pluk geen struiken kaal.
En last but not least …
5. Laat wat over voor een ander!

bramenjam
ingrediënten :
500 g bramen
100 g kokosbloesemsuiker
2 kaneelstokjes
sap van 1/2 citroen
1 dl water
weckpotjes

bereiding :
1. Maak je weckpotjes schoon. Kook ze daarna 10 minuten in water, samen met de rubberen ringen en de klemmetjes. Ik leg zelf altijd een theedoek op de bodem van mijn pan om te voorkomen dat de potten kapot ‘dansen’. Zet de weckpotten ondersteboven op een schone theedoek. Leg je deksels en ringen tot gebruik in een schaaltje gekookt water.
2. Was de bramen zorgvuldig, en zoek ze goed uit. Gebruik geen beschadigde, onrijpe of beschimmelde bramen voor je jam! Doe ze samen met de kaneelstokjes en het water in een pannetje, en kook ze zo’n 10 minuten.
3. Doe er nu de kokosbloesemsuiker en het citroensap bij, en kook de jam (zonder deksel) tot hij flink geslonken is en wat dikker wordt. Proef! En verwijder de stokjes. Je kunt je jam eventueel zeven, ik hou van wat grovere stukken en pitjes.
4. Vul je potjes tot net onder de rand, plaats er de dekseltjes met rubberen ring op, en sluit ieder potje af met 4 klemmetjes.
Zet je weckpotjes op de bodem van je weckketel, of in een grote pan. Leg onderin een doek of rooster, zodat je potjes de bodem niet direct raken. Je kunt stapelen, mocht dat nodig zijn.
5. Vul nu je ketel of pan met warm water tot op driekwart hoogte van je bovenste potje. Zet je ketel op 80 graden of gebruik een thermometer. Zorg voor een constante temperatuur. Zodra het water de 80 graden heeft bereikt, laat je de jampotjes hier 10 minuten in staan. Haal ze er dan meteen uit met een stevige tang of klem, en zet ze op een houten plank of keukendoek. Laat ze 24 uur afkoelen.
6. Verwijder de klemmetjes. Het lipje van de rubberen ring hoort naar beneden te wijzen, je weet dan zeker dat de potjes goed vacuüm zijn getrokken. Twijfel je, dan kun je je potjes (boven de gootsteen) op z’n kop houden, laat je deksel los … eet de jam dan binnen een paar dagen op! Maak een label voor je jam met datum en inhoud, en bewaar jam altijd op een koele donkere plaats. De jam is zeker een jaar houdbaar, maar na openen een kleine week, in de koelkast!

Je hoeft jam in principe niet te wecken vanwege het hoge suikergehalte. Ik heb dat tot nog toe wel altijd gedaan, omdat ik weinig suiker gebruik en geen risico wil lopen. Het grote nadeel van wecken is natuurlijk wel het verlies van voedingsstoffen door de lange kooktijd! Meer over wecken en inmaken vind je oa op deze site!

vlierbessen vanille jam
ingrediënten : 
500 g vlierbessen
125 g honing
2 vanillestokjes
sap van 1/2 citroen
1 dl water
weckpotjes

bereiding :
1. Maak je weckpotjes schoon. Kook ze daarna 10 minuten in water, samen met de rubberen ringen en de klemmetjes. Ik leg zelf altijd een theedoek op de bodem van mijn pan om te voorkomen dat de potten kapot ‘dansen’. Zet de weckpotten ondersteboven op een schone theedoek. Leg je deksels en ringen tot gebruik in een schaaltje gekookt water.
2. Was de vlierbessen zorgvuldig, en zoek ze goed uit. Gebruik geen beschadigde, onrijpe of beschimmelde bessen voor je jam, en absoluut geen onrijpe groene, rode bessen, deze zijn giftig! Snijd de vanillestojes open, schraap er het merg uit, en doe dit samen met de stokjes, het water en de bessen in een pannetje. Kook de bessen 10 minuten.
3. Doe er nu de honing en het citroensap bij, en kook de jam (zonder deksel) tot hij flink geslonken is en wat dikker wordt. Proef! En verwijder de stokjes. Je kunt je jam eventueel zeven, om hem fijner te maken, zelf doe ik dat nooit.
4. Vul je potjes tot net onder de rand, plaats er de dekseltjes met rubberen ring op, en sluit ieder potje af met 4 klemmetjes.
Zet je weckpotjes op de bodem van je weckketel, of in een grote pan. Leg onderin een doek of rooster, zodat je potjes de bodem niet direct raken. Je kunt stapelen, mocht dat nodig zijn.
5. Vul nu je ketel of pan met warm water tot op driekwart hoogte van je bovenste potje. Zet je ketel op 90 graden of gebruik een thermometer. Zorg voor een constante temperatuur. Zodra het water de 90 graden heeft bereikt, laat je de jampotjes hier 10 minuten in staan. Haal ze er dan meteen uit met een stevige tang of klem, en zet ze op een houten plank of keukendoek. Laat ze 24 uur afkoelen.
6. Verwijder de klemmetjes. Het lipje van de rubberen ring hoort naar beneden te wijzen, je weet dan zeker dat de potjes goed vacuüm zijn getrokken. Twijfel je, dan kun je je potjes (boven de gootsteen) op z’n kop houden, laat je deksel los … eet de jam dan binnen een paar dagen op! Maak een label voor je jam met datum en inhoud, en bewaar jam altijd op een koele donkere plaats. De jam is zeker een jaar houdbaar, maar na openen een kleine week, in de koelkast!

Je hoeft jam in principe niet te wecken vanwege het hoge suikergehalte. Ik heb dat tot nog toe wel altijd gedaan, omdat ik weinig suiker gebruik en geen risico wil lopen. Het grote nadeel van wecken is natuurlijk wel het verlies van voedingsstoffen door de lange kooktijd! Meer over wecken en inmaken vind je oa op deze site!

Dit Vind Je Misschien Ook Leuk

Geen Reacties

Laat hier een berichtje achter